Scheikunde
Op het vwo krijg je scheikunde met ingang van de derde klas, dat is op het GGH niet anders. Dit komt omdat je voordat je aan scheikunde kunt beginnen, basiskennis en –vaardigheden moet opdoen, onder andere bij natuurkunde en biologie.
Scheikunde houdt zich bezig met het bestuderen van de eigenschappen van stoffen. Een stof bestaat uit moleculen, die weer zijn opgebouwd uit atomen. Je kunt oneindig veel moleculen maken door atomen op een slimme manier te combineren. Je kunt daardoor nieuwe stoffen bedenken en ontwikkelen met unieke eigenschappen. Scheikunde houdt zich bezig met de synthese van nieuwe stoffen (nieuwe moleculen ontwerpen en in het laboratorium ‘maken’), met scheidingsmethoden (een mengsel scheiden in zuivere bestanddelen) en met analyse (vaststellen welke bestanddelen er in een stof zitten en in welke hoeveelheid).
In de derde klas leer je wat stofeigenschappen, moleculen en chemische reacties zijn. Je leert reactievergelijkingen opstellen en wat het verschil is tussen verbrandings- en ontledingsreacties. Ook leer je over koolstofchemie, die een rol speelt in de natuur, zowel bij levende organismen als bij voeding, vitaminen en eiwitten. In dit leerjaar leer je ook veel over scheidingsmethoden en hoe je veilig moet werken in het laboratorium: je moet bijvoorbeeld een branderexamen afleggen. Uiteraard vergroten we je inzicht in de theorie aan de hand van leerling- en demonstratieproeven.
In het vierde leerjaar ga je je scheikundige kennis verbreden en verdiepen. We gaan gedetailleerder kijken naar de bouw van atomen en naar de verklaring waarom bepaalde atomen gemakkelijker chemische bindingen aangaan dan andere. Je leert onderscheid maken tussen moleculaire stoffen, zouten en metalen. Van die soorten stoffen gaan we de eigenschappen bestuderen en verklaren. Je moet kunnen rekenen aan reacties, bijvoorbeeld hoeveel van een stof nodig is om een gewenste hoeveelheid van een andere stof te maken. We leren rekenen met de mol, met molair gasvolume, met reactie-energie en -evenwichten. Ook in het vierde jaar voer je veel proeven uit en doet de docent demonstraties.
In leerjaar 5 en 6 voegen we daar nog heel wat kennis aan toe: over zuren en basen en evenwicht in reacties en redoxreacties. Je leert nog meer geavanceerde analysetechnieken zoals chromatografie en spectrometrie. Je verdiept je kennis over eigenschappen van stoffen, bijvoorbeeld door de ruimtelijke bouw van moleculen te bestuderen. Ook gaan we veel dieper in op reactiemechanismen: hoe reageren stoffen precies met elkaar, onder welke omstandigheden ontstaat de ene stof of juist de andere. We bespreken veel toepassingen van de scheikunde en het belang van scheikunde voor de maatschappij.
Behalve dat je leert over de belangrijkste scheikundige concepten, leer je bij dit vak ook hoe je verantwoord onderzoek doet. In je vervolgstudie staat wetenschappelijk onderzoek centraal. Daarom vinden we het belangrijk dat je al op onze school leert aan welke eisen een goed onderzoek moet voldoen en krijg je praktische opdrachten om zelf te oefenen in het doen van onderzoek. Daarmee leggen we een degelijke basis voor een wetenschappelijke vervolgstudie. Bij een NG- of NT-profiel is scheikunde een verplicht vak.
Als je goed bent in scheikunde en je wilt meer uitdaging, krijg je van ons de kans om mee te doen aan diverse olympiades.